Een geliefde, een omgeving; het kunnen bronnen van inspiratie zijn. Van beide kan ik meepraten. Met iemand zijn die zonder het te weten de pen in beweging zet, ook jaren later. Of gewoon in een omgeving zijn die of het nou regent of zonnig is, me altijd doet kijken. En kijken doet schrijven. Op Texel heb ik dat.

Eens in de zes weken krijg ik muziek toegestuurd van Ab de Haas. Het is de bedoeling dat ik me daardoor laat inspireren tot een gedicht dat ik vervolgens voordraag in zijn radio-programma El Mundo. Als die inspiratie niet vanzelf komt, is het transpiratie die tot mooie dingen leidt.

Deze week was het weer zover. Of ik een gedicht wilde schrijven bij de muziek van de Portugese fusionband Terrakota. Ik had er een hard hoofd in. Maar hun vertolking van het nummer Né Djarabi raakte waar Cupido op mikt. Hoewel ik de taal van het lied niet kan volgen, wist ik dat het een liefdeslied moest worden. Geschreven zonder geliefde in de buurt en niet op Texel, schreef ik zonder transpiratie in de trein over de liefde, op het metrum van Né Djarabi. Zo kan het dus ook.

FUSION

Het zwart van je haren, liefste,
verwart mijn gedachtegang,
het rood van je aarde klieft me,
betoverd door je gezang
kan wat moet mij niet meer schelen
ik volg waar ik naar verlang:
je snaren die vingers strelen,
kom, tokkel mijn leven lang.

Geen enkel woord kan ik vatten
van wat je tekst me vertelt,
je stem toont me taalloze schatten,
we spelen hetzelfde spel.
Kom, smelt het zwart van je haren
meng mij met je lippenrood,
geef me de kleur van de aarde
leg in mij haar lagen bloot.

2019, Fiet van Beek